In dit artikel zullen we Tienpotigen vanuit verschillende perspectieven verkennen, met als doel ons te verdiepen in de betekenis, het belang en de toepassingen ervan. Op dezelfde manier zullen we de implicaties analyseren die Tienpotigen heeft in verschillende contexten, zowel op persoonlijk, professioneel, sociaal als cultureel gebied. Via een multidisciplinaire aanpak zullen we verschillende aspecten met betrekking tot Tienpotigen aanpakken, met als doel een alomvattende en verrijkende visie op dit onderwerp te bieden. Door middel van reflectie, analyse en onderzoek willen we de lezer een breder en gedetailleerder inzicht geven in Tienpotigen, waardoor hij of zij relevante en nuttige kennis kan verwerven voor zijn persoonlijke en professionele ontwikkeling.
Tienpotigen | |||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
"Decapoda" from Ernst Haeckel's Artforms of Nature, 1904 | |||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||
| |||||||||||||
Orde | |||||||||||||
Decapoda Latreille, 1802 | |||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||
Tienpotigen op Wikispecies | |||||||||||||
|
Tienpotigen (Decapoda) vormen een orde van geleedpotige dieren, waartoe onder andere kreeften, krabben en garnalen behoren.
Op een paar uitzonderingen na leven de dieren van deze orde allemaal in zee.
Ze beschikken over vijf paar looppoten (pereopoden). Eén paar daarvan kan scharen dragen. Het achterlijf heeft vaak vijf paar zwempoten (pleopoden), die door de vrouwtjes ook gebruikt worden om de eieren te dragen. Krabben hebben een klein achterlijf, dat omgeslagen is onder de carapax.
De meeste soorten tienpotigen zijn carnivoor. Toch eten veel soorten ook wel aas.
De orde Decapoda telt recent 14756 soorten. Onderstaande indeling in onderordes, infraordes en/of superfamilies volgt De Grave et al., 2009.
Enkele soorten die in Europa voorkomen, zijn:
Latreille, P.A. (1802) Histoire naturelle, générale et particulière des Crustacés et des Insectes. Ouvrage faisant suite à l’histoire naturelle générale et particulière, composée par Leclerc de Buffon, et rédigée par C.S. Sonnini, membre de plusieurs sociétés savantes. Familles naturelles des genres. Vol. 3. Paris: F. DuFart. 467 pp.
|